Menu

Eribel volgt het advies van Toegankelijk Vlaanderen.  

De vrije doorgangsbreedte wordt gemeten tussen het openstaande deurblad en de rand van de aanslaglat op het deurkader bij een deur die 90° open staat. Als de deur verder opendraait, wordt de vrije doorgangsbreedte gemeten tussen de aanslagen. 

Bij een schuifdeur beslaat de vrije doorgangsbreedte de afstand tussen de kopse rand van het deurblad en de uiterste rand van het deurkader.


De vrije doorgangshoogte meten we tussen het vloerniveau en de rand van de aanslaglat bovenaan op de deurkader. 

De minimale vrije doorgang voor vluchtwegen in het algemeen bedraagt 850 mm (B) x 2100 mm (H). 

Rolstoelgebruikers of personen met een kinderwagen: 

Om een rolstoelgebruiker of persoon met een kinderwagen vlot de deur te laten bedienen moet voor en na elke deur een vrije draaicirkel aanwezig zijn. 

Bij het manueel bedienen van de deur is vooral de zijdelingse opstelruimte en de ligging van de draaicirkel ten opzichte van de deur belangrijk. 

De zijdelingse opstelruimte moet minstens 50 mm bedragen en wordt gemeten vanaf de uiterste rand van de aanslaglat van het deurkader (aan de deurkrukzijde) tot in de ruimte of tot tegen een wand of object.  

De ligging van de vrije en vlakke draairuimte ten opzichte van de deur bepaalt of de gebruiker een manuele deur vlot kan bedienen. Aan de trekzijde van de deur worden hogere eisen gesteld dan aan de duwzijde. De deurklink moet immers eerst bereikt worden om de deur naar zich toe te trekken. Aan de duwzijde van de deur is er minder ruimte nodig omdat de gebruiker vlotter de draairichting van de deur kan volgen. 

De minimale vrije doorgang voor rolstoelgebruikers en personen met een kinderwagen bedraagt 900 mm (B) X 2100 mm (H). 





Op zoek naar een partner voor uw project?

Op zoek naar een partner voor uw project?

Neem contact op met onze experts!

+32 3 314 70 23 info@eribel.com

Stel een vraag
Volg onze social media

en blijf op de hoogte!

FIT